Hun of hen?

Maak je een kaart en is die voor een bijzondere gelegenheid, dan vind je het waarschijnlijk vervelend als op die kaart een schrijffout staat. En als je er dan ook pas achterkomt wanneer de kaarten al bij je vrienden bezorgd zijn, is dat extra vervelend. Daarom helpen we je graag met wat taaltips waarin we veelvoorkomende taalvragen beantwoorden. Wanneer gebruik je hun en wanneer moet dat hen zijn is zo’ n taalvraag.

Hun of hen?

Veel mensen gebruiken in spreektaal hun terwijl het eigenlijk hen moet zijn. Maar omdat je het zo vaak hoort, ziet hen er soms een beetje vreemd uit. Hun gebruik je om bezit aan te geven:

Bart en Ineke vieren hun trouwdag.

Je mag hun ook gebruiken als je hen en een voorzetsel ermee kan vervangen:

Om vier uur willen we hun het cadeau aanbieden

(in deze zin staat hun voor aan hen het cadeau aanbieden).

Hen gebruik je als het verwijst naar een lijdend voorwerp na een voorzetsel:

Sjoukje overhandigt namens ons allemaal het cadeau aan hen.

Gelukkig kan je in veel gevallen hen of hun vervangen door ze waardoor je alle moeilijkheden omzeilt. De bovenstaande zin wordt dan bijvoorbeeld:

Sjoukje zal ze namens ons allemaal het cadeau aanbieden

gebruik dit ontwerp om je eigen uitnodiging te ontwerpen

Trouwens, als je twijfelt aan de tekst op de kaart kun je ons ook even  bellen of e-mailen met de vraag of we de kaart extra aandacht geven. Opvallende taalfouten proberen we altijd al direct te verbeteren maar ook bij ons slipt er wel eens een foutje tussendoor.